Een belangrijke fase voor marathonloper Bart van Nunen is aangebroken. Vlak na zijn 24e verjaardag loopt hij op 29 september in Berlijn zijn tweede marathon ooit. Dat niet alleen, hij kan zich in de Duitse hoofdstad plaatsen voor de Olympische Spelen van 2020 in Tokyo. Om dat voor elkaar te krijgen, moet Bart in de top tien eindigen of onder de tijdslimiet van 2.11.30 lopen. Aan de vooravond van zijn eerste echt grote moment in zijn carrière vertelt Bart over zijn voorbereiding en over zijn kansen.
Tekst: Alex Devilee
Middagdutje
“Er zijn drie dingen die je als marathonloper moet doen om van alle trainingen goed te kunnen herstellen”, begint Bart over zijn voorbereiding. “Genoeg rustmomenten pakken tussen het trainen door is het eerste. Dan moet je gezond en vooral genoeg eten, en tot slot veel slapen. Ik slaap gemiddeld denk ik elf tot twaalf uur per dag. Gelukkig kan ik dat vrij goed, ik val snel in slaap. Maar als ik niet genoeg slaap neem, merk ik dat gelijk. Vooral in zware trainingsweken.”
Toevallig heeft Bart net een middagdutje achter de rug. Kort voor zijn tweede marathon moet hij namelijk meer rusten en minder trainen. “In de laatste twee weken is het gebruikelijk om nog maar twee derde te doen van wat ik normaal doe aan training. Het gaat in deze weken om het onderhouden van wat ik de afgelopen tijd heb opgebouwd en veel rust houden. Dan kan ik straks in Berlijn weer aan de bak.”
Een marathonloper
Met vertrouwen kijkt Bart uit naar 29 september. Dat komt vooral omdat hij nu zeker weet dat hij een marathonloper is. “Vorig jaar liep ik voor het eerst een marathon. Dat deed ik bewust in Berlijn, in de luwte. Ik wist nog niet zeker of ik wel een marathonloper zou zijn, ook al hadden de tests uitgewezen van wel. Het was alsnog vrij spannend zo’n eerste keer. Het ging vrij goed, ik kan nu echt zeggen dat ik een marathonloper ben. Dat voelt fijn. Daarnaast ben ik nu weer wat krachtiger en zijn mijn tijden vooruitgegaan. Dus ik denk dat ik er goed op sta.”
Persoonlijk is Bart er klaar voor, maar wat ook helpt is dat het in Berlijn altijd prettig lopen is. Een aantal factoren draagt daar volgens Bart aan bij. “Er zijn zes World Major marathons, waarvan er een in Berlijn is. In 2016 heb ik daar een halve marathon gelopen en dat voelde meteen erg prettig aan. Alles is perfect geregeld, de organisatie is top. De weersomstandigheden zijn ook fijn, het waait er nooit zo hard en meestal is het niet te warm. En nu ken ik het parcours, dat snel en vrij vlak is. Bij elkaar maakt het dat de omstandigheden in Berlijn erg goed zijn.”
Reële kans
Desondanks weet Bart dat het geen makkie gaat worden om 42 kilometer uit te lopen onder de tijdslimiet van 2 uur, 11 minuten en 30 seconden. “Vanaf dertig kilometer is het altijd zwaar, en als je rond de veertig komt dan kun je niet meer helder denken. Maar ik denk dat ik die kilometers makkelijker doorkom dan eerst, omdat ik met duurlopen goede tijden heb aangetikt. En als het weer een beetje meezit en ik bij groepjes kan aanhaken om zo verder te komen, dan denk ik dat ik een reële kans maak om onder de limiet te lopen.”
Doet Bart dat inderdaad, dan heeft hij in principe een ticket voor Tokyo 2020 te pakken. Toch kan het met een beetje pech nog fout gaan. “De NOC*NSF kan drie marathonlopers naar de Spelen sturen. Een van die drie is al bijna zeker, samen met twee anderen ga ik voor de overige twee plekken. Als zij ook onder de limiet lopen of een top tien klassering binnenslepen, dan wordt het voor de NOC*NSF een heel gepuzzel. Dan kan ik alleen maar hopen. Maar ik kan me alleen focussen op mezelf en weet dat ik het kan.”
PUUR brood
Vanuit Sporttop is Bart ambassadeur voor Puur-brood, hij maakte er onlangs een filmpje voor. Bovendien is hij gewoon fan van de broden. “Zo’n speltbrood van PUUR is heel gezond, er wordt niks aan toegevoegd. Daarom past het perfect in mijn voedingsschema en bij topsport in het algemeen. En een deel van de omzet van de verkochte broden gaat naar Sporttop. Omdat Sporttop nog steeds heel veel voor mij betekent, vind ik het mooi om door middel van het promoten van zo’n gezond product iets terug te doen.”